Herken Ouderverstoting werkt samen met andere ouderplatforms in een samenwerkingsverband (SWV). Wij kunnen immers niet overal tegelijk zijn en hebben andere betrokkenen meer expertise op een gebied of nog grotere belangen dan wij. 

Bewust lopen wij elkaar niet voor de voeten, maar steunen en informeren wij elkaar. Met regelmaat bevragen wij elkaar als er zich weer iets aan doet. “Wie neemt dit op”? Uiteraard houden wij elkaar op de hoogte opdat de gelederen gesloten blijven.

Zo zijn wij aardig ontstemd door de opmerking van mevrouw Deen in het artikel van de Volkskrant"Het NJI gaat graag met kritische ouders in gesprek, ook over de ontwikkeling van jeugdbeleid, ook in bredere zin zegt Deen. Die laten het echter af­weten."

Juist door het SWV weten wij als geen ander dat het NJI een zeer schadelijke rol speelt. Kan ook bijna niet anders, het NJI werkt voor de instanties, niet voor de jeugd en ouders. Dus de loyaliteit en belangen van het NJI liggen op de verkeerde plek, wat ten koste van de samenleving/burger gaat.

Kritische ouders zijn welkom? Wij ervaren als SWV iets heel anders. Met heel veel pijn en moeite, na dreiging van rechtszaken, mochten leden van ons SWV deelnemen in de werkgroep rondom waarheidsvinding.

Het laten afweten?! Wie? De ouders? 

Ook dat ervaren wij anders. Herken Ouderverstoting heeft zich binnen 10 dagen door het concept nieuwe richtlijnen jeugdigen in scheidingssituaties heen geworsteld en inhoudelijk beargumenteerd het gros naar het land van opinies en meningen verwezen. 

Maar ook op het gebied van ‘waarheidsvinding’ zijn de spelletjes vanuit het NJI ongekend en werkt het NJI naar ‘hun waarheid’ toe. Met andere woorden; dit lijkt wel op een soort zoethoudertje. Wat ronduit een belediging is voor de ouders die elke donderdag komen opdraven en hun uiterste best doen om mensen die ervoor betaald worden te overtuigen dat het anders moet en kan.

Dus wie laat het nu afweten?! Vorige week werd de werkgroep getrakteerd op het volgende trucje; een huiswerkopdracht.


Onderstaand de reactie van de deelnemer Desiree van Doremalen: per email aan het NJI

Geachte mevrouw Rijbroek, mevrouw Kooijmans,

In lijn met de brief die NJI eerder van ons samenwerkingsverband “Ouders met jeugdzog” die onze achterban vormen mocht ontvangen, reageer ik op persoonlijke titel op de huiswerk opdracht.

Het is een vaststaand feit dat de Bureaus Jeugdbescherming, de RvdK en Veilig Thuis zich er nog steeds niet van bewust zijn, dat er in hun gesprekken altijd sprake is van een zeer ongelijke machtsverhouding tussen overheid en burger. Immers de ouder wordt beschuldigd van het feit dat door hun toedoen de kinderen in hun ontwikkeling worden bedreigd en moeten zich verdedigen.

Voornoemde organisaties, menen vanuit hun machtspositie ouders van alles en nog wat te kunnen opleggen terwijl de kinderrechter als enige gelegitimeerd is mandaat te verschaffen om maatregelen ter kinderbescherming uit te voeren tegen de wens van gezaghebbende ouders in. Onze ervaring is dat ouders in drang of dwang situaties met van alles gedreigd worden.

Een voorbeeld is het korten op de uitkering die ouders ontvangen uit de Wet werk en bijstand (Wwb). Ouders en ik namens mijn achterban achten deze bevoegdhedenvermenging onwenselijk, onwettelijk en onfatsoenlijk (in strijd met artikel 3:3 Awb détournement de pouvoir).

Daarnaast worden ouders nog steeds niet op de juiste wijze geïnformeerd over hun rechten en plichten als zij in een drang/dwangkader terecht komen (beginsel van ‘informed consent’ ex artikel 8 EVRM).

Ook worden ouders in OTS/UHP procedures nog steeds niet gewezen op hun recht om vanaf de eerste gesprekken met de instanties een gespecialiseerd jeugdrecht advocaat in te zetten terwijl dit recht wel volgt uit uitspraken van:

Het Europese Hof van de Rechten van de Mens (EVRM).  EHRM 31 januari 2012, appl. nr. 61226/08, § 82-84. Zie bijgevoegd artikel van Hoogleraar internationale kinderrechten Caroline Forder het geel gearceerde gedeelte.

Jeugdbeschermers, RvdK en VT hebben immers vrij-spel omdat zij ondanks artikel 3.3 jeugdwet niet aan waarheidsvinding hoeven te omdat ieder wettelijk normenkader daartoe ontbreekt.  Het voornoemde artikel is niet meer dan een lege huls.

Conclusie:

Zolang niet concreet volgens een wettelijk verankerd normatief kader kan worden vastgesteld hoe ernstig de, door de Raad voor de Kinderbescherming en GI, gestelde ontwikkelingsbedreiging in werkelijkheid is en men niets kan zeggen over de ernst van de problematiek en/of er voldoende beschermende factoren bij kind, ouders en sociale omgeving aanwezig zijn, kan geen sprake zijn van een ernstige ontwikkelingsbedreiging die een OTS/UHP rechtvaardigt.

Om reden hierboven omschreven vinden mijn achterban en ik dat het maken van de huiswerkopdracht een nutteloze bezigheid is. Ter aanvulling op de focusgroep bijeenkomsten vinden mijn achterban en ik dat de bijeenkomsten niet gaan waarover het zou moeten gaan.  Om artikel 3.3 jeugdwet het doen aan waarheidsvinding goed te waarborgen zou het in de gesprekken moeten gaan over de navolgende punten.

Noodzakelijk is de wettelijke verankering van:

 Vastomlijnd toetsingsmodel voor de kinderrechter

 Uitgewerkte definitie van de term waarheidsvinding

 Vastomlijnd kader voor de normen van het feitenonderzoek

 Verplichte kosteloze juridische bijstand door een gespecialiseerd jeugdrecht advocaat    vanaf de start van het raadsonderzoek

 Objectieve en waarheidsgetrouwe rapportages op alle niveaus

Met vriendelijke groet en op persoonlijke titel,

Desiree van Doremalen


Van: Het SWV
Datum: 6 september 2019 om 17:41:16 CEST
Aan: "'Rijbroek, Brigit'" 
Onderwerp: Weigering van NJI om motie Bergkamp/v.d. Staaij (Kamerstuk Kamerstuk 33 836) uit te voeren - verbetering feitenonderzoek

Geachte mevr Rijbroek,

In navolging van onze brieven van 8. 10, en 16 mei j.l. is de afgelopen twee weken gebleken, dat u zich niet houdt aan de afspraken die tijdens de eerste bespreking zijn gemaakt, en worden ouders thans opgezadeld met huiswerk opdrachten die volslagen infantiel zijn..

Zie bijlage voor nadere details.

Met vriendelijke groet,

mr Alfred Groenen, MCL/MBA/MBI

Namens het SamenWerkingsVerband van Ouders met Jeugdzorg


Van: Alfred Groenen 
Datum: 2 oktober 2019 om 21:15:37 CEST
Aan: "'Rijbroek, Brigit'"
Onderwerp: RE: Weigering van NJI om motie Bergkamp/v.d. Staaij (Kamerstuk Kamerstuk 33 836) uit te voeren - verbetering feitenonderzoek 

Geachte mevr Rijbroek,

Ik vind dit wel een hele magere reactie op een e-mail van bijna een maand geleden. Na alle protesten en het angstvallig geheimhouden van toegezegde notulen van zogenaamde “focusgroepen”, ben ik persoonlijk van mening dat u alle geloofwaardigheid heeft verloren. Onderzoek behoort transparant en navolgbaar te zijn. U beschaamt de term “onderzoek” op al haar essentiële elementen. Na het LOC bent u de tweede instelling die zich schaamteloos heeft laten misbruiken om de belangen van ouders te verkwanselen. Uw hele ‘onderzoek’ is een klap in het gezicht van ouders en een grove belediging. Het zal als zodanig de boeken ingaan en ook als zodanig worden benoemd bij onze evaluatie van deze schertsvertoning.

De huiswerkopdracht: ik begrijp dat vrijwel niemand de opdracht had uitgevoerd, omdat iedereen het te infantiel voor woorden vond. Dit had niets te maken met onderzoek maar pure wanhoop om nep onderzoek te camoufleren.

Ik wens hier mijn tijd niet meer aan te voldoen. De afgelopen 12 minuten waren al te veel van mijn tijd.

Met vriendelijke groet,

Alfred Groenen


Van: Rijbroek, Brigit [Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
Datum: Wednesday, October 2, 2019 9:00 PM
Aan: Alfred Groenen
Onderwerp: RE: Weigering van NJI om motie Bergkamp/v.d. Staaij (Kamerstuk Kamerstuk 33 836) uit te voeren - verbetering feitenonderzoek

Beste Dhr. Groenen,

Bedankt voor uw mail. We hebben de reactie op de huiswerkopdracht meegenomen in het onderzoek en besproken in de focusgroep.

Hartelijke groet,
Brigit Rijbroek, MSc
Projectleider Gedwongen Jeugdzorg

Nederlands Jeugdinstituut


Van: Alfred Groenen
Datum: vrijdag 6 september 2019 17:41
Aan: Rijbroek, Brigit
Onderwerp: Weigering van NJI om motie Bergkamp/v.d. Staaij (Kamerstuk Kamerstuk 33 836) uit te voeren - verbetering feitenonderzoek

Geachte mevr Rijbroek,

In navolging van onze brieven van 8. 10, en 16 mei j.l. is de afgelopen twee weken gebleken, dat u zich niet houdt aan de afspraken die tijdens de eerste bespreking zijn gemaakt, en worden ouders thans opgezadeld met huiswerk opdrachten die volslagen infantiel zijn..

Zie bijlage voor nadere details.

Met vriendelijke groet,

mr Alfred Groenen, MCL/MBA/MBI

Namens het SamenWerkingsVerband van Ouders met Jeugdzorg