Ter informatie van maandag 10 mei 2021 ......niet zwijgen, maar noodklok luiden - onteigen, onthechten, ontvreemden, ontnemen van onze kinderen .......
met alle gevolgen voor hun latere leven en toekomst .....
 

artikel mr. nathalie van waterschoot maandag 10 mei 2021  -  radio 1 - nos

RECHTER ZELF KLEM TUSSEN DE RADEREN VAN DE RECHTSPRAAK
Geplaatst op: 4 mei 2021 Laatst aangepast op: 4 mei 2021

“Er ligt anderhalve meter papier met daarin tientallen handelingen en beslissingen die onrecht, wanhoop en veel leed hebben veroorzaakt. Als je mij tien jaar geleden had gevraagd of dit in Nederland mogelijk was, had ik je vol ongeloof aangekeken.” Harde woorden van Nathalie van Waterschoot, senior rechter in de rechtbank Amsterdam. Uit haar verhaal in het nieuwe nummer van Mr. blijkt dat ook een rechter klem kan komen te zitten tussen de raderen van de rechtspraak.
Door Peter Louwerse

Nathalie van Waterschoot liep vast in de bureaucratie van de jeugdbescherming en de familierechtspraak. “Ik wil me uitspreken, omdat wat wij hebben meegemaakt niet incidenteel is. Het huidige systeem brengt ongekend leed toe”, zegt ze in een interview op persoonlijke titel.

Van Waterschoot raakte als moeder van twee kinderen betrokken in procedures over omgang en gezag. “Acht jaar zaten wij in deze situatie. Acht jaar werden de kinderen vermalen in een systeem dat hen weinig bescherming bood. We werden door drang en dwang vervreemd van onszelf en van elkaar.”

Er was een tijd dat ze brieven met daarop het Rechtspraaklogo amper durfde te openen. “De kinderen en ik wisten gewoon niet meer wat we konden verwachten. We hadden al zo vaak beslissingen gekregen waarin we ons niet gezien en gehoord voelden. Het was onwerkelijk.”

Ruziënde ouders
Om de belangen van haar zelf en haar kinderen te beschermen wil ze niet te veel in detail treden en moet ze af en toe in bedekte termen praten. Ze noemt haar ex-echtgenoot daarom niet expliciet. “In de kern hadden we te maken met een werkelijkheid van verwaarlozing, geweld, intimidatie en stalking, die niet serieus werd genomen en onbesproken werd gelaten, ondanks stukken waaruit dit duidelijk kon worden afgeleid”, licht ze toe. “In rapporten van toen nog het AMK (nu: Veilig Thuis), de jeugdbescherming en de Raad voor de Kinderbescherming, maar ook in rechterlijke uitspraken werden onze belevingen en problemen terzijde geschoven en vervormd door het gebruik van standaard tekstblokken en termen als vechtscheiding, ruziënde ouders en communicatieproblemen.”
Toen er eindelijk uitvoerig onderzoek was gedaan, bleek dat ook geen oplossing. Het systeem hield ons in zijn macht. We werden nog vele jaren gedwongen mee te doen aan begeleidings- en mediationtrajecten, zonder dat was onderzocht of die een kans van slagen zouden hebben. Het was een doodlopende weg. De kinderen voelden zich steeds niet begrepen, bleven in spanning, kregen geen rust en zekerheid. Ze liepen weg na gedwongen contacten of werden met een politiebusje weggevoerd. Zelfs toen de politie aangaf zich ernstig zorgen te maken over de veiligheid van mijzelf en de kinderen, moesten wij van de familierechter nog steeds met mediators in gesprek.”
Van Waterschoot zegt dat haar ervaringen niet incidenteel zijn. Ze wijst op wetenschappelijke studies en op rapporten van de Kinderombudsman uit 2013 en die van de Kinderombudsman Amsterdam uit 2018 over de jeugdbescherming. “Ik herken alle daarin genoemde knelpunten”, zegt ze. “Zoals gebrek aan waarheidsvinding en neutraliteit, gebrek aan deskundigheid en regie, gebrek aan tijdigheid en continuïteit, problemen in de communicatie van professionals en ook het ziekteverzuim en het grote verloop onder personeel.”

Gebrekkige verslaglegging
Een steen des aanstoots is voor haar ook de gebrekkige verslaglegging door Veilig Thuis, de jeugdbescherming en de Raad voor de Kinderbescherming. “Daarin vind je meningen, verdachtmakingen en interpretaties in plaats van op waarheidsvinding gebaseerd onderzoek. Dat brengt veel schade toe. Ook wordt gebruikgemaakt van informatie uit het politiesysteem Basis Voorziening Handhaving, zonder dat je als burger weet wat daarin is opgeslagen. Ik weet uit ons dossier dat meldingen die niet zijn onderzocht, worden opgeslagen als incidenten, die vervolgens weer worden gedeeld met instanties als Veilig Thuis, jeugdbescherming en het OM. Soms worden deze zogenaamde ‘incidenten’ je pas jaren later door instanties tegengeworpen, terwijl je kunt aantonen dat die niet hebben plaatsgevonden.” Ze trekt de parallel met de toeslagenaffaire: “Ook in de jeugdbescherming en de familierechtspraak was sprake van ongekend onrecht voor kinderen en ouders.”
Op de vraag of ze dit heeft besproken binnen de Rechtspraak antwoordt Van Waterschoot: “Ik heb gezegd dat ik niet mijn persoonlijke situatie, maar wel mijn ervaringen met de gebreken in het systeem wil delen. Rechters staan soms op grote afstand van de werkelijkheid. Laat ik het zo zeggen: ik heb nog niet veel positieve reacties ontvangen.”

Brede reflectie
Ze prijst de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State voor het reflectieprogramma naar de rol van de bestuursrechtspraak in de kinderopvangtoeslagzaken en andere bestuursrechtzaken. Daarin worden ook externen betrokken. “Net als in de toeslagenaffaire is ook in de jeugdbescherming en het familierecht eerst een brede reflectie en een grondige herbezinning op het hele systeem nodig”, vindt Van Waterschoot. “De Rechtspraak kan nu al het voortouw nemen. Bijvoorbeeld door een onmiddellijke toegang tot de rechtspraak mogelijk te maken als kinderen niet naar een ouder willen of wanneer een ouder zegt dat sprake is van geweld in het gezin of in de woonomgeving van de andere ouder. Laat op korte termijn een multidisciplinair team van forensisch psychologen en gedragsdeskundigen een deugdelijk en op waarheidsvinding gebaseerd onderzoek doen. Betrek daarin gegevens van de huisarts en andere medische gegevens. Betrek het hele gezin in dit onderzoek en práát met kinderen over wat er aan de hand is. Bespreek aantoonbaar geweld, laat zien wie er liegt en laat weten dat dit niet acceptabel is.”


Zorgen over de rechtsstaat
Ze maakte zich als voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak (van 2018 tot 2019) al zorgen over de rechtsstaat, en doet dat nog steeds. De politie, het OM en de Rechtspraak kampen met grote problemen, zoals te weinig ervaren mensen, hoge werkdruk, overbelasting en capaciteitsverlies. “Ik zie deze problemen ook terug bij andere overheidsinstanties. Ik hoor het op mijn zittingen van ambtenaren van de IND en de gemeente. Het lijkt alsof de publieke sector structureel te weinig middelen heeft om kwaliteit te blijven leveren.” Van Waterschoot vraagt zich daarom af of de garanties van de rechtsstaat nog voldoende verankerd zijn in het recht en de instituties.


Schoolverzuim
Medio 2019 kwam haar gezin hard in botsing met instituties. “De Raad voor de Kinderbescherming, die jarenlang bij ons gezin betrokken is geweest en weet hoe belastend alles voor de kinderen was, adviseerde de rechter om een van de kinderen die was vastgelopen op school een strafvonnis wegens schoolverzuim op te leggen.”
Het onderzoek rammelde aan alle kanten, zegt Van Waterschoot. “De Raad hield vast aan zijn beleid dat in dit soort onderzoeken alleen feiten en omstandigheden van het laatste jaar worden betrokken. Terwijl de kinderen juist ook door beslissingen van de Raad zelf jarenlang psychisch zijn belast met verhoren en onderzoeken, waardoor hun ontwikkeling op school telkens stokte! In december 2019 zat ik weer op dat voor mij bekende bankje in de rechtbank, waar ik met mijn kinderen al vaker had gezeten. Het strafvonnis werd uitgesproken, zonder dat alle individuele en bijzondere omstandigheden bekend waren. Als ik aan die beslissing terugdenk, krijg ik vaak nog tranen in mijn ogen. Ik vond het zo hard en onrechtvaardig. Ik ben toen een paar maanden uitgevallen op mijn werk.”
Toga weer aangetrokken
Ze is daardoor haar vertrouwen in de rechtspraak even kwijtgeraakt, maar heeft dat inmiddels hervonden. “Ik heb mijn toga weer aangetrokken. Dat de kinderen en ik ons lange tijd niet beschermd hebben geweten, bracht mijn geloof in de rechtsstaat aan het wankelen. Tegelijkertijd geloof ik nog steeds dat burgers baat hebben bij een stevige rechtsstaat en in de bescherming van burgers tegen overheidshandelen door een onafhankelijke rechterlijke macht. Die gedachte van de rechtsstaat ligt in mij stevig verankerd. In ons gezin rapen we de scherven weer op en gaan we verder.”


artikel van radio 1 - nos / nieuwsuur


Rechter liep zelf vast in procedures familierecht: 'Geen incident'
Van het kastje naar de muur worden gestuurd. Niet gehoord worden. Hulpverleners met een vooringenomen houding. Het systeem in de familierechtspraak moet op de schop, zegt rechter Nathalie van Waterschoot. Het gezin van de rechter in Amsterdam liep helemaal vast in het systeem van de jeugdbescherming en de familierechtspraak. Ze besloot hier na jaren voor uit te komen in een interview dat ze deelde op LinkedIn. De ontboezeming zorgde voor een stortvloed aan reacties.
Van Waterschoot is zelf bestuursrechter maar stond als moeder veel voor de familierechter, in verband met procedures over omgang en gezag." Dat heeft voor heel veel leed, wanhoop en verdriet gezorgd", zegt ze in het NOS Radio 1 Journaal.


Frame vechtscheiding
Veel ouders en kinderen zitten klem in het systeem, zegt Van Waterschoot. Vooral kinderen worden niet gehoord. "Als een kind niet naar een ouder wil, dan kan dat op meerdere zaken wijzen. Dat het kind liegt, maar ook dat het zich onveilig voelt. Maar door het frame van een vechtscheiding worden kinderen er vanaf het begin buiten gehouden."
En daar gaat het volgens haar mis. "Als het kind al zo dapper is om iets te zeggen, dan wordt het teruggeduwd naar die ouder waar echt wat mee aan de hand is. En dat zie je dus ook in omgangskwesties. Dan wil één ouder niet meewerken omdat het kind wordt beschadigd, waarop die andere ouder dat ontkent."


Als je eenmaal op de verkeerde stapel ligt, kom je er niet meer af.
In zo'n geval komt het voor dat de ouder die aan de bel heeft getrokken wordt weggezet als een "vechtende ouder", zegt Van Waterschoot. "Daarom pleit ik er net als veel wetenschappers, forensisch en klinisch psychologen voor om heel goed onderzoek te doen als een kind zegt niet te willen gaan."
De rechter en haar gezin hadden uiteindelijk acht jaar met langslepende juridische procedures te maken. Hierin ziet ze veel gelijkenissen met de toeslagenaffaire, waarover ze begin dit jaar een opiniestuk schreef.
"Het begon voor ons eigenlijk al in jaar één, en als je eenmaal op de verkeerde stapel ligt kom je er niet meer af", legt ze uit.


Geen incident
Bij Bureau Jeugdzorg kreeg het gezin van de rechter te maken met medewerkers die vanuit hun eigen interpretatie dingen opschreven die niet de waarheid waren, zegt Van Waterschoot.. "Als je daar tegenin ging, dan was je weer de strijdende ouder. Klachtprocedures werken ook vaak niet en duren heel lang, waardoor je achter de feiten aanloopt."
Dat werkt weer heel vervreemdend en biedt kinderen geen houvast, betoogt Van Waterschoot. "Als een kind eerst problemen heeft met één ouder, dan krijgt het naar verloop van tijd problemen met allebei omdat het zich nergens meer veilig voelt. Ik denk dat dat onvoldoende wordt onderkend."
Door haar beroep was het voor haar extra lastig om haar ervaringen met het familierecht te delen. "Ik heb heel lang gezwegen, maar de kinderen zijn nu meerderjarig waardoor ik me nu kan uitspreken over de ernstige misstanden. Dat doe ik omdat ik weet dat het geen incident is."