Rechtbank stelt een voorlopige omgangsregeling vast en geeft GI opdracht om ihkv OTS toe te werken naar onbegeleide contact tussen vader/kind. De GI geeft vervolgens een schriftelijke aanwijzing met tijdelijke opbouw. Kan dit nog gelet op uitspraak HR 14 december 2018?
 
Rechtbank: er is geen sprake van een situatie waarbij art. 1:265g BW (indienen verzoek tot vaststelling/wijziging zorgregeling/omgangsregeling) gevolgd had moeten worden door de GI. Er is ook geen sprake van een rechterlijke beschikking die opzij wordt gezet. De GI wilde uitvoering geven aan de opdracht van de rechtbank. Het is de GI dus toegestaan om hier een schriftelijke aanwijzing te gebruiken.